Het geslacht van een valkparkiet Vragen index | Terug
 
1.Algemeen
2. Geslachtsbepaling door het gedrag
3. Uiterlijke kenmerken
4. Lichaamsbouw
5. Geslachtsbepaling door een kweker
 
1. Algemeen

Het geslacht van een valkparkiet is bij de oorspronkelijk wildkleur (de grijze) eenvoudig visueel vast te stellen op voorwaarde dat deze valkparkiet de eerste rui heeft gehad. Voor de eerste rui, ook wel jeugdrui genoemd, lijken alle wildkleur jonge valkparkieten op poppen. Dit is ook van toepassing bij mutaties. Met mutaties bedoelen we hier andere kleuren en/of patronen van bevedering dan welke waarneembaar zijn bij de grijze wildkleur valkparkiet.

Bij alle mutaties is het gedrag van een valkparkiet afhankelijk van het geslacht. Het verschil tussen mannen en poppen is goed vast te stellen als we dit gedrag bestuderen. Vooral mannen doen specifieke dingen die poppen vrijwel niet of zelfs nooit zullen doen. Maar net als bij het vaststellen van het geslacht via de specifieke uiterlijke kenmerken zoals de kleuren, moet ook bij het vaststellen van het geslacht door het gedrag te bestuderen de valkparkiet toch een bepaalde leeftijd hebben bereikt om met zekerheid te kunnen vast stellen of we te maken hebben met een man of een pop.

Deze leeftijd is wat afhankelijk van de valkparkiet zelf, de periode waarin de valkparkiet geboren is (voor- of najaar) en het tijdstip waarop de jeugdrui gaat beginnen. Over het algemeen zal dit ongeveer zo'n vijf tot zeven maanden na de geboorte zijn. Een valkparkiet ondergaat over het algemeen een rui vrij eenvoudig. Niet alle veren worden tegelijk verloren en vervangen door nieuwe veren, de totale rui kan een paar weken duren.

Daarnaast kunnen er aanwijzingen worden gevonden voor het geslacht door te kijken naar een aspect van de lichaamsbouw, het bekken, maar deze methode is veel minder betrouwbaar en is alleen toepasbaar door mensen met veel ervaring met valkparkieten. Tenslotte kan een kweker in sommige gevallen heel eenvoudig bepalen wat het geslacht van nakomelingen van een kweekkoppel is.

Al deze methode's tot het vaststellen van het geslacht van een valkparkiet komen hier aan de orde.
 
2. Geslachtsbepaling door het gedrag

Wanneer de valkparkiet door de eerste rui is, zullen mannen een duidelijk ander gedrag vertonen dan poppen. Dat is dus voor het eerst merkbaar als de valkparkiet zo'n half jaar oud is. Bij sommige jonge mannen kunnen er ook al voor de jeugdrui bepaalde gedragingen wijzen op het "man" zijn.

De specifieke gedragingen van mannen zijn:

" Een uitgesproken "macho" gedrag: de valkparkiet doet zijn vleugels iets van het lijf af en loopt parmatig over de bodem van de kooi of over de zitstokken en fluit duidelijk een herhalend wijsje.
" Fluiten: schril, hard en aanhoudend. Vaak reagerend op fluittonen of andere geluiden uit de omgeving. Dit kunnen vogels of andere dieren zijn, maar ook geluiden van radio of TV of van mensen.
" Tikken: met de snavel een roffelend geluid maken op de wanden van de kooi, op tralies, op voerbakjes, op een spiegeltje of op een ander speeltje.
" Contact met mensen: wanneer de verzorger of een ander contact maakt met de valkparkiet door praten of fluiten dan zal deze terug "praten" in de vorm van fluiten.

Dit gedrag van mannen word bevorderd als er een andere valkparkiet in de buurt komt, vooral als dit een pop is, maar wordt ook opgewekt door een spiegeltje. De valkparkiet herkent zichzelf namelijk niet maar denkt dat die "ander" nodig onder de indruk moet worden gebracht.
De gedragingen van de poppen zijn:

" Géén macho-gedrag.
" Vrijwel geen fluiten, ze "brabbelen" maar wat op een vrij laag geluidsniveau.
" Ze vertonen geen tikgedrag.
" Bij terug "praten" tegen mensen is dit over het algemeen een wat "brabbelen" met vrijwel geen fluittonen.

Knagen op hout (stokken, wanden, etc.) geeft geen aanwijzing of we te maken hebben met mannen of poppen. Zowel mannen als poppen knagen, sommige valkparkieten veel, andere valkparkieten weer vrijwel niet.
 
3. Uiterlijke kenmerken

a. Grijs (wildkleur)

Mannen zijn grijs met witte vleugelranden, een duidelijk gele kop met een oranje wangvlek en een kuif met vrijwel uitsluitend gele veren.

Poppen zijn ook grijs met witte vleugelranden maar de kop is veel minder geel tot vrijwel geheel grijs. De oranje wangvlek blijft aanwezig. De intensiteit (de kleur-kracht) van deze wangvlek kan wat minder zijn als bij mannen. De kuif kan wat gele veren hebben maar is over het algemeen grijs. Poppen zijn verder herkenbaar aan het visgraat-motief van de staartveren. De onderkant van de onderste staartveren is bij mannen egaal van kleur, meestal donkergrijs. Bij poppen is er duidelijk een geel-grijs visgraat motief zichtbaar.

Bij een aantal andere kleuren zijn deze specifieke kenmerken hetzelfde, zoals bij cinnamon (wat bruinige veren in plaats van grijs), bij fallow (zeer opgebleekt grijs), bij zilveren (het grijs is dan zilverachtig) en bij de vrij nieuwe mutatie geelmasker. Bij de geelmasker mutatie is de oranje wangvlek (vrijwel) verdwenen, maar de verdere kenmerken van de grijze, wildkleur valkparkiet zijn hetzelfde gebleven. Overigens kan de geelmasker factor ook ingekweekt worden in andere mutaties. Geelmasker mannen zullen dus een duidelijk gele kop hebben zonder oranje wangvlek, de geelmasker poppen hebben een veel minder gele kop zonder oranje wangvlek.

Een aantal kleuren, bijvoorbeeld de zilveren, kan dan ook nog voorkomen met rode ogen in plaats van de normale zwarte ogen. De kleur van de ogen is geen aanwijzing voor het geslacht.

b. Lutino

Bij de lutino valkparkiet is de grijze kleur verdwenen en blijft er dus een gele valkparkiet met een oranje wangvlek en rode ogen over. Het geel kan variëren van wat bleekgeel, vrijwel wit, tot diepgeel. Op sommige plaatsen op het lijf kan het geel intensiever zijn dan op andere plaatsen. Bij de lichter gele lutino's is vaak de kop wat geler, zowel bij mannen als bij poppen.

Het verschil tussen mannen en poppen is niet eenvoudig te zien. De mate van geelheid of de intensiteit van de oranje wangvlek zegt helemaal niets. Maar er is verschil waarneembaar aan de onderzijde van de vleugels. Bij een uitgeklapte vleugel zijn aan de onderkant van de vleugelveren bij poppen lichtere spots (vrijwel witte (soms licht gele vlekken) zichtbaar in een tamelijk gelijkmatig patroon. Bij mannen zijn deze spots niet waarneembaar.

c. Witmasker

Bij de witmasker is de gele kleur en ook de oranje wangvlek verdwenen. Er blijft een valkparkiet over met een witte kop, zonder wangvlek. Mannen hebben een duidelijke witte kop en een kuif met vrijwel uitsluitend wit/grijze veren. Poppen hebben een grijze kop en een grijze kuif. Het visgraatpatroon aan de onderkant van de staartveren zoals bij de grijze wildkleur is bij de poppen niet meer zichtbaar omdat, natuurlijk, ook daar het geel verdwenen is.

d. Albino

Deze geheel witte valkparkieten zijn op uiterlijk niet te sexen. Hoewel we spreken over albino is een witte valkparkiet in principe een lutino én een witmasker. Door lutino factor zijn ze grijs verloren en door de witmasker factor zijn ze geel en oranje verloren, er blijft dus uitsluitend wit over. Dus kan alleen het gedrag gebruikt worden voor het bepalen van de sexe. Er bestaan albino's met rode ogen en met zeer donker rode, vrijwel zwarte ogen. De kleur van de ogen zegt niets over het geslacht.

e. Gepareld

Vrijwel elke kleur valkparkiet kan ook nog "gepareld" voorkomen. Over het hele lijf komen er dan in een regelmatig patroon spots, vlekjes, voor die afhankelijk van de oorsprong kleur geel of wit zijn. Hierdoor verwijnen dan vrijwel alle zichtbare kenmerken voor het bepalen van het geslacht. Maar,….. bij mannen verdwijnen de parels altijd! Meestal met de jeugdrui grotendeels en pas geheel na een aantal keren in de rui geweest te zijn. Deze mannen keren dan terug naar de oorspronkelijke kleur. Een volwassen valk die dus nog net zo gepareld is als in de jeugd zal dus altijd een pop zijn.

Overigens kan ook een albino gepareld zijn, maar dit is dus niet zichtbaar. Witte spots op een witte vogel zijn uiteraard niet zichtbaar. Kwekers moeten echter hier wel rekening mee houden want deze genen voor gepareld zijn kunnen uiteraard wel aan het nageslacht worden doorgegeven.

f. Bont

Bij de bonte mutatie worden de kleuren van de oorspronkelijk grijze, cinnamon, etc. valkparkiet in een min of meer symmetrisch vlekpatroon door elkaar gemengd. Ook hier zijn daardoor de uiterlijke geslachtskenmerken zodanig verstoord dat visueel het geslacht vaststellen niet meer mogelijk is. Net als bij de albino's is het geslacht dus alleen vast te stellen door bestudering van het gedrag.

g. Bont én gepareld

Zoals beschreven bij gepareld en bij bont is het vast stellen van het geslacht bij bont én gepareld niet mogelijk. Maar bij mannen verdwijnen de parels, dan weten we dus zeker dat de bonte geparelde valkparkiet die zijn parels verliest een man moet zijn.
 
4. Lichaamsbouw

In principe is de lichaamsbouw bij valkparkieten bij zowel mannen en poppen vrijwel gelijk. Aan de hand van de grootte, het gewicht, de intensiteit van de kleuren, de grootte van de kuif, de forsheid van de borst en dergelijke is het dus niet mogelijk het geslacht vast te stellen. Wel zijn er verschillen in het bekken. Bij volwassen poppen is de ruimte tussen de bekken botjes wat groter dan bij volwassen mannen. Een ervaren kweker zou dus door bevoelen van het bekken een sterke aanwijzing voor het geslacht kunnen krijgen. Maar dit verschil is bij valkparkieten lang niet zo groot als bij andere vogels en alleen iemand met grote ervaring die veel valkparkieten met elkaar vergeleken heeft kan met een bepaalde zekerheid iets voelen. Zichtbaar zijn de verschillen zeker niet!
 
5. Geslachtsbepaling door een kweker

Tenslotte kan een kweker het nageslacht van een kweekkoppel in sommige gevallen al in een zeer vroeg stadium vaststellen. Dit heeft te maken met de wetten die gelden bij mutatie kweek. Zo zal een zuivere lutino man, die dus niet split is voor een ander kleur of voor bont en/of gepareld, gekoppeld aan een zuivere grijze pop kunnen zorgen voor grijze mannen (split voor lutino) en voor lutino poppen. En een grijze man, split voor lutino, gekoppeld aan een zuivere grijze pop krijgt 25% van de nazaten in de kleur lutino, geslacht pop. De rest van de nazaten is grijs, zowel mannen (zuiver grijs (25%) of split voor lutino (25%)) en poppen (de resterende 25%). In deze beide voorbeelden zijn gele jonge valkparkieten dus altijd poppen.
 

Een bijdrage van:
Valkparkieten Kwekerij "de Valk"
Jura & Herman Berkhout